Samen met Dirkje Ebbers (SLO), stichting Lezen en Johan de Witt Scholengroep schreef Trees Een leerlijn poëzie schrijven en lezen voor het voortgezet onderwijs Ga met een blauw paard door de hoogste bergen.
Inleiding: wat ligt er voor u?

Deze publicatie is een leerlijn poëzie schrijven en lezen voor het voortgezet onderwijs (onderbouw en bovenbouw, van praktijkonderwijs tot en met vwo) zoals ontwikkeld op de Johan de Witt Scholengroep in Den Haag. Daarnaast bevat dit stuk een aantal voorbeelden uit andere leerlijnen en aanbod op poëziegebied van ondermeer School der Poëzie en Doe Maar Dicht Maar. De leerlijn van de Johan de Witt Scholengroep beschrijft hoe leerlingen zich via verschillende schrijf- en leesniveaus kunnen ontwikkelen. Daar zijn uitgebreide toelichtingen op didactiek en organisatie maar ook doelstellingen bij geschreven en er zijn veel lessuggesties opgenomen. Daarmee kan deze publicatie een instrument zijn voor ieder die werk wil maken van poëzieonderwijs in het voortgezet onderwijs.
De publicatie is vooral bedoeld voor scholen en docenten die af en toe wel wat doen aan poëzie maar dat structureler willen aanpakken zodat leerlingen zich op dat gebied in de loop van de jaren verder ontwikkelen. Voor veel leerlingen zal die ontwikkeling nuttige effecten hebben op hun kennen en kunnen, zoals uitdrukkingsvaardigheid, maar voor sommige leerlingen kan het ook een begin zijn van een levenslange passie of zelfs een beroep.
De leerlijn is ontstaan in de lespraktijk van de Johan de Witt Scholengroep waar poëzieonderwijs steeds meer structureel deel uitmaakt van het programma. De aanpak van het poëzieonderwijs op die school komt voort uit het pionierswerk van met name Jos van Hest, ‘vader veler poëziedocenten’ en is ook mede gebaseerd op ideeën en projecten zoals die zijn ontwikkeld door School der Poëzie en Doe Maar Dicht Maar. Het idee van een leerlijn voor lezen (en schrijven), de mogelijkheid om leerlingen in hun schoolloopbaan stelselmatig op die gebieden te begeleiden zodat plezier en inzicht in (jeugdliteratuur) ontstaat, is ook te vinden in de Doorgaande leeslijn 0-18 jaar, de beleidsnotitie van Stichting Lezen, die de ontwikkeling van deze leerlijn mede mogelijk heeft gemaakt.
Belangrijke elementen van de visie op poëzie in deze leerlijn zijn:
- Poëzie lezen is voor leerlingen van elk niveau haalbaar (en wenselijk). De metataal die je gebruikt zal bij vwo-leerlingen anders zijn dan bij leerlingen in het praktijkonderwijs. Maar de laatsten kunnen evengoed reflecteren op vorm en inhoud van poëzie en zich daarin ontwikkelen.
- Poëzie schrijven moet meer zijn dan alleen expressie-oefeningen zonder feedback op de kwaliteit.
- Onderwijs in lezen en schrijven van poëzie moet elkaar versterken
- Technische aspecten (voor zowel lezen als schrijven van poëzie van belang) zijn middelen voor het uitdrukken en begrijpen, geen doel op zich. Zoals spelling en grammatica dienend zijn voor schrijfvaardigheid en ook geen doel op zich horen te zijn.
- Het is mogelijk leerlingen zich systematisch te laten ontwikkelen op het gebied van lezen zowel als schrijven van poëzie.
- Kernpunt van de leerlijn is een schema waarin lezen, schrijven en presenteren van poëzie ingedeeld is in vier niveaus. Het laat zien dat en hoe leerlingen kunnen groeien op bepaalde aspecten van omgaan met poëzie.
Alle gedichten die in de tekst en de lesvoorbeelden zijn opgenomen zijn producten van leerlingen van de Johan de Witt Scholengroep.